In die tijd merkten sommigen op hoe de tempel daar prijkte met zijn fraaie stenen en wijgeschenken, maar Jezus zei: 'Wat ge daar ziet: er zal een tijd komen dat er geen steen op de andere gelaten zal worden: alles zal verwoest worden.' De leerlingen vroegen Hem nu: 'Meester, wanneer zal dat dan gebeuren?' Maar Hij zei: 'Weest op uw hoede dat gij niet in dwaling gebracht wordt. Want velen zullen optreden in mijn naam en zij zullen zeggen: 'Ik ben het', en: 'Het ogenblik is nabij.' Loopt niet achter hen aan. En wanneer gij hoort van oorlogen en onlusten, laat u dan niet uit het veld slaan. Dat alles moet wel eerst gebeuren, maar het einde volgt niet terstond.'
Toen sprak Hij tot hen: 'Er zal strijd zijn van volk tegen volk en van koninkrijk tegen koninkrijk; er zullen hevige aardbevingen zijn, en hongersnood en pest, nu hier dan daar, schrikwekkende dingen en aan de hemel geweldige tekenen.'